Veilig werken aan elektrische installaties in 7 vitale stappen
13 januari 2025
Elektriciteit kan op verschillende manieren gevaarlijk zijn en elk netsysteem heeft zo zijn specifieke risico's en bijhorende beschermingsmaatregelen. Vanwege deze risico's zijn dan ook zowel de keuringen als de documentatie wettelijk vastgelegd. Ook de werkzaamheden aan installaties zijn gereguleerd, waarbij de aanduidingen BA4 en BA5 van toepassing zijn.
In dit artikel leest u meer over de risico’s van elektriciteit voor mensen en gebouwen en over de zeven vitale stappen om op een veilige manier aan elektrische installaties te werken.
Wat zijn de grootste risico’s van elektriciteit?
Het bekendste risico van elektriciteit is elektrisering, waarbij mensen in contact komen met stroom. Als dit fataal afloopt, dan spreekt men van elektrocutie. De risicofactoren hierbij zijn: de sterkte van de stroom, de duur van de stroomdoorgang, de gevolgde weg, de frequentie en de weerstand van het menselijk lichaam. Vanaf een stroom van 50 mA gedurende 1 seconde kan een persoon in droge toestand al ernstig gevaar lopen.
Naast elektrisering speelt ook het brandrisico een rol. Een geleider waar stroom doorheen vloeit, wordt warm (het Joule-effect). Bij overbelasting kan dit leiden tot oververhitting of beschadiging van de isolatie, wat kortsluiting en brand kan veroorzaken. Zo zou maar liefst één op de drie industriële branden door elektriciteit worden veroorzaakt!
In explosiegevaarlijke zones vormt elektriciteit ook een risico, omdat schakelvonken voldoende ontstekingsenergie kunnen leveren.
Daarnaast kan een te sterke stroom installaties beschadigen, bijvoorbeeld bij stroompieken tijdens het herinschakelen van machines.
Ook het plots wegvallen van stroom kan een gevaar opleveren, bijvoorbeeld in operatiekamers.
Verplichte risicoanalyse en keuring van elektrische installaties
Werkgevers zijn verplicht een risicoanalyse uit te voeren voor de elektrische installaties binnen hun bedrijf. Daarbij moeten ze de volgende risico's in overweging nemen:
- directe en indirecte aanraking
- ontladingen
- lichtbogen
- potentiaalspreiding
- ophoping van energie
- overspanningen
- oververhitting
- stroompieken
- spanningsverlies en
- andere niet-elektrische risico's die voortkomen uit problemen met de installatie.
Voorts moeten laagspanningsinstallaties om de vijf jaar worden gekeurd (voor huishoudelijke installaties is dat om de 25 jaar). Hoogspanningsinstallaties dienen jaarlijks te worden gekeurd. Deze keuringen worden uitgevoerd door een externe dienst voor technische controle (EDTC), erkend door de FOD Economie.
Hoe veilig werken aan een elektrische installatie?
Indien mogelijk worden werkzaamheden aan elektrische installaties altijd zonder spanning uitgevoerd. Hierbij moeten deze zeven ‘vitale’ stappen worden gevolgd:
- Bereid de werkzaamheden goed voor: gebruik aangepast materiaal en zet alleen goed opgeleide medewerkers op de job.
- Haal de spanning van de installatie.
- Voorkom herinschakeling (door het bedieningsmechanisme te vergrendelen).
- Controleer op spanningsafwezigheid (meet de spanningstoestand!).
- Vergeet niet om in de zone van de werkzaamheden de hoogspanningsinstallaties en bepaalde laagspanningsinstallaties (als het risico bestaat dat deze ongewild spanning kunnen voeren) te aarden, te ontladen en kort te sluiten.
- De delen van een elektrische installatie die onder spanning staan, moeten worden afgebakend of afgeschermd volgens de voorschriften van het AREI.
- De installatie vrijgeven om de werkzaamheden te starten en om nadien de installatie weer onder spanning te zetten moet door de verantwoordelijke gebeuren.
Wie mag aan elektrische installaties werken?
Niet iedereen mag werken uitvoeren aan elektrische installaties. Om te bepalen wie hiervoor gekwalificeerd is, gebruikt men een systeem van bekwaamheidscategorieën die worden aangeduid met de letters BA en een cijfer van 1 tot 5.
Bekwaamheidscategorie | Beschrijving |
---|---|
BA1 | Gewone personen |
BA2 | Kinderen |
BA3 | Personen met fysieke of mentale beperkingen |
BA4 | Personen die voldoende zijn onderricht over de elektrische risico's of onder toezicht staan van een vakbekwaam persoon. |
BA5 | Personen die door opleiding of ervaring de risico's zelfstandig kunnen inschatten en de juiste maatregelen kunnen nemen. |
Alleen personen met de kwalificatie BA4 of BA5 zijn bevoegd om aan elektrische installaties werken. Het is aan de werkgever om te bepalen wie van zijn personeel voldoende opgeleid en ervaren is om de BA4/BA5-kwalificatie te verkrijgen.
Verplichte documentatie voor elektrische installaties
Voor elektrische installaties moeten uitgebreide documenten worden bijhouden en bij elke verandering moet de documentatie worden geactualiseerd.
Deze documentatie omvat onder meer:
- Schema's en berekeningsnota's
- Risicoanalyse en bijbehorende maatregelen
- Conformiteitsattesten en controleverslagen
- Lijsten van BA4- en BA5-gekwalificeerde personen.
Meer info over de risico’s en ongevallenpreventie op de werkvloer?
Consulteer onze rubriek met veelgestelde vragen en onze blogs.