Op welke leeftijd neem ik best mijn VAPZ op?
16 oktober 2015
Op welke leeftijd neem ik best mijn VAPZ op?
Een VAPZ afsluiten is voor zelfstandigen een uitstekende manier om een bijkomend pensioenkapitaal op te bouwen. Maar vanaf welke leeftijd kunt u dat geld dan opnemen? En zijn er fiscale implicaties naargelang de leeftijd waarop u het geld laat uitkeren? Die zijn er zeker, zoals we u in dit artikel zullen uitleggen.
VAPZ: fiscaal aantrekkelijk
Wilt u als zelfstandige uw levensstandaard op peil houden, dan zult u voor een groot stuk zelf de handen uit de mouwen moeten steken. Het wettelijk pensioen is immers meestal ontoereikend. Een van de manieren om dat voor elkaar te krijgen, is het afsluiten van een Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ). Dit is een spaarformule die door de overheid erg fiscaal aantrekkelijk gemaakt werd en die ook nog eens een gewaarborgde intrest én een eventuele winstdeelname oplevert.
Vanaf welke leeftijd uw pensioenkapitaal opnemen?
Stel dat u een VAPZ onderschrijft, vanaf welke leeftijd kunt u dan aanspraak maken op dit spaarpotje? Sowieso moet u uw 60e verjaardag bereikt hebben, voor u zich het kapitaal kunt laten uitkeren, eerder is niet mogelijk. Wacht u echter tot uw 65e dan ligt de belasting die u moet betalen, meteen een heel stuk lager.
Fictieve rente, reële belasting
Het VAPZ wordt immers belast volgens een zogenaamde fictieve rente. Die fictieve rente wordt berekend door uw kapitaal te vermenigvuldigen met een bepaald percentage. Het bedrag dat u zo verkrijgt, moet u gedurende een bepaalde periode bij de fiscus aangeven als pensioeninkomen.
Leeftijd van de begunstigde |
Fictieve rente |
Aangifteplicht |
---|---|---|
59 tot 60 jaar |
3,5% |
13 jaar |
61 tot 62 jaar |
4% |
13 jaar |
63 tot 64 jaar |
4,5% |
13 jaar |
65 jaar en ouder |
5% (op 80% van het kapitaal) |
10 jaar |
Het grote voordeel van te wachten tot uw 65e is dat op dat moment de rente slechts berekend wordt op 80% van uw kapitaal en dat u deze rente maar tien jaar moet aangeven, in plaats van dertien jaar.
De fictieve rente wordt enkel berekend op 80% van het kapitaal als:
- U ten vroegste op uw 65e uw wettelijk pensioen opneemt en
- u steeds actief gebleven bent tot aan de wettelijke pensioenleeftijd.
Een voorbeeld
Een cijfervoorbeeld maakt veel duidelijk. Stel dat u op uw 63e stopt met werken en een kapitaal van 200.000 euro ontvangt van uw VAPZ. De volgende dertien jaar zult u dan jaarlijks 9.000 euro rente moeten aangeven bij de fiscus (200.000 x 4.5%). Tot uw 76e wordt u dan belast op in totaal 117.000 euro fictieve rente.
Werkt u echter door tot uw 65e, dan ligt het percentage ligt weliswaar hoger (5%), maar speelt ook de 80%-regel mee. De fictieve rente bedraagt dan 5% op maar 160.000 euro (of 8.000 euro) en dat gedurende tien jaar. In totaal bedraagt de fictieve rente waarop u wordt belast slechts 80.000 euro.
Nog even doorwerken
Als u zich op uw 63e nog goed voelt, loont het dus zeker de moeite om nog even door te werken en uw pensionering nog enkele jaren uit te stellen. Fiscaal zal dit immers een stuk gunstiger uitvallen.
Om af te sluiten hebben we ook nog goed nieuws en slecht nieuws. Het slechte nieuws is dat de overheid ook nog een éénmalige RIZIV-bijdrage inhoudt van 3,55%, alsook een solidariteitsbijdrage (0, 1% of 2%). Dat gebeurt automatisch door uw verzekeraar wanneer het kapitaal wordt uitgekeerd. De verzekeraar zal dit bedrag dan doorstorten naar de overheid. Het goede nieuws is dan weer wel dat de eventuele winstdeelnames die aan u worden uitgekeerd volledig belastingvrij zijn.
Meer weten? Contacteer uw makelaar
Voor alle voorwaarden en andere informatie rond het VAPZ (bijvoorbeeld wat er gebeurt wanneer u komt te overlijden voor uw zestigste…), contacteer uw makelaar. Hij of zij geeft u graag persoonlijk advies op maat.